De Malcom Gladwell boeken

Ik sprak laatst op een feestje met iemand en het gesprek ging op een gegeven moment over de boeken van Malcolm Gladwell. Zij had gehoord dat het interessante boeken waren en ik kon dat bevestigen. Vervolgens vroeg ze waar de boeken van Gladwell over gaan en eigenlijk kon ik daar geen pasklaar antwoord op geven. Wel kon ik wat interessante stukken uit de boeken “oprakelen”, maar de kern samenvatten....... nee. Dus ik ben er voor gaan zitten en hier komt het.

Onderzoeksvragen
Wanneer je de komende maanden nog wat boeiende boeken wilt lezen over boeiende onderzoeken, velen daarvan ook op bedrijfskundig gebied, dan zijn de boeken van Gladwell (Uitblinkers, Intuïtie, Het beslissende moment en Wat de hond zag) een absolute aanrader. In deze boeken worden vragen beantwoord zoals:
1. Waarom hebben sommige mensen succes en anderen niet?
2. Hoe kan het dat experts aangegeven dat, naar hun gevoel, het hen getoonde kunstobject een vervalsing is, zonder dat ze aan kunnen geven waarom precies. En dat na een jaar onderzoek doen inderdaad blijkt dat het een vervalsing betreft?
3. Waarom gaf het management van Coca Cola aan Pepsi cola lekkerder te vinden dan Coca?
4. Waarom scoren “african americans” slechter op een test wanneer ze hun ras moeten aankruisen op een antwoordvel dan wanneer daar ze dat niet hoeven te doen?
5. Waarom is meer dan 80% van de Amerikaanse manager langer dan 1,85 meter terwijl slecht 13% van de Amerikaanse mannen langer is dan 1,85 meter?
6. Hoe kan het dat studenten die een videofragment van 5 seconden zien van een docent in een klas die docent dezelfde beoordeling geeft als studenten die die docent een semester lang meemaken?
7. Waarom werken Chinezen harder en langer dan Fransen?
8. Waarom storten vliegtuigen neer?
9. Waarom is iemand met een IQ van 195 niet echt slimmer dan iemand met een IQ van 150?
10. Waarom zijn rokers vaker depressief dan niet-rokers?
11. Is het verbod op Pitbulls gerechtvaardigd gezien de doelstelling (het aantal bijtincidenten reduceren)
12. Etc.

Wat is de kern van de boeken? In ieder geval dat wij mensen veel te vaak “denkprocessen afsnijden” (“ shortcuts maken” ) om het onszelf makkelijk te maken en soms is dat heel goed/ heel effectief en soms faliekant verkeerd/ mis/ ineffectief. Een voorbeeld van wanneer het goed gaat is bovenstaande vraag 2 en vraag 6. Experts konden op basis van hun gevoel/ intuïtie/ ervaring aangeven dat het kunstobject “niet klopte”, maar konden dat gevoel niet onderbouwen. Na onderzoek van een jaar bleek hun gevoel te kloppen omdat de onderzoekers constateerden dat het onderste deel van het kunstobject (een standbeeld) uit de ene periode moest komen gezien de vormgeving en het bovenste deel uit een andere periode (gezien de vormgeving). 
Hetzelfde geldt voor studenten. Op basis van gevoel/ ervaring/ intuïtie weten zij na 5 minuten of zelfs 5 seconden al of een docent die voor de groep staat een geschikte/ bekwame docent is of niet. Maar soms gaat het ook faliekant mis/ verkeerd. Zie bovenstaande vraag 5. Om een of andere reden dichten mensen aan lange mensen meer competenties toe dan aan korte. (Evolutionair bepaalt) Bij een lang iemand krijgen we het gevoel dat die wel competent zal zijn, en al het gedrag dat we daarna van zo’n lange zien dat bij competent past, zien we ook en onthouden we. En al het gedrag dat daar niet bij past zien we niet of bagatelliseren we. Bij korte mensen werkt dat net andersom. We zien dus ook wat we willen zien of kunnen zien. (Jonge vrouw-oude vrouw) Geen wonder dus dat er zoveel slechte managers rondlopen, want lengte is een heel belangrijke selectiecriterium (naast geslacht, ras en gewicht).

In het boek “ Uitblinkers” komt de eerste van bovenstaande vragen aan bod. Op fascinerende wijze wordt uitgelegd dat succes een gevolg is van geluk/ kansen en 10.000 uren maken. Een voorbeeld hiervan is Bill Gates. Hij had het geluk in 1955 geboren te zijn, net als Steve Ballmer en Steve Jobs, en was daardoor niet te oud en niet te jong te zijn om te profiteren van de opkomst van de computer. Tevens had hij had het geluk om de enige middelbare school te zitten in de USA die op dat moment een computer had en kon dus als enige 10.000 uur maken achter een computer voordat de computerrevolutie begon. Een ander voorbeeld zijn Tsjechische ijshockey internationals. Het hele nationale elftal bleek te bestaan uit mannen die geboren waren in januari of februari. De oorzaak hiervoor bleek dat in Tsjechië de teams in de jeugd per jaar samengesteld worden op leeftijd en de grens om in het ene of andere team mee te doen was januari. De coach van een team wil graag een winnend team en selecteert de grootste jongens voor het eerste team voor een bepaald jaar. Het gevolg was dat jongens geboren in januari/ februari in het eerste team zaten en jongens geboren in november/ december in het tweede, derde of vierde team. Het eerste team kreeg vervolgens meer trainingsuren en de betere trainers vergeleken met het tweede en derde team. Met als gevolg dat de jongens uit januari/ februari meer kansen krijgen om beter te worden. Ze krijgen meer kansen om 10.000 uur te maken maar worden ook meer gestimuleerd. Met als gevolg: international worden. Fascinerend!




In het boek “Wat de hond zag” zijn allemaal “losse onderzoeken opgenomen en wordt o.a. bovenstaande vraag 11 beantwoord en het antwoord is, tot mijn ontevredenheid, nee. Het verbod van een bepaald ras leidt niet tot minder bijtincidenten. Het aantal bijtincidenten is bijna een constante. Wanneer het ene ras verboden wordt (bijvoorbeeld Pitbull) staat vervolgens het andere ras bovenaan met het aantal bijtincidenten (bijvoorbeeld Duitse herder, Doberman, Rottweiler etc.). Het aantal bijtincidenten blijkt niet rasafhankelijk te zijn maar baas-afhakelijk. Honden die voor ernstige bijtincidenten zorgen zijn heel vaak eigendom van lager geschoolde mannen met een minder dan gemiddeld inkomen die niet goed voor de hond zorgen en ook de situatie/ toestand waarin de hond komt niet goed managen (met muilkorf, ketting etc.).


In het boek “Het beslissende moment” (The tipping point) gaat Gladwell in op wat “een bal aan het rollen krijgt” en wordt met name de kracht van de context benadrukt. Gladwell verwijst hier ook naar de onderzoeken van Zimbardo en Milgram. Bovenstaande vraag 10. komt o.a. in dit boek aan bod.



In het boek “Intuïtie” (Blink) legt Malcolm Gladwell uit hoe besluitvorming werkt, in het persoonlijke leven maar ook het bedrijfsleven. De bovenstaande vragen 2, 3, 5 en 6 worden o.a. in het boek als voorbeeld gepresenteerd.

Omdat in de boeken van Gladwell frequent voorbeelden worden uitgewerkt vanuit het bedrijfsleven zijn de boeken voor elke manager, adviseur en MBA-er een must! De boeken van Gladwell zijn met name ook voor methodologie-geïnteresseerden relevant vanwege de vele opgenomen onderzoeken en de behandeling daarvan door Gladwell. Een verrijking!


Gosse Jitse Korte
www.2enAbel.blogspot.com
bericht2enAbel@hotmail.com

Zoektermen: Malcolm Gladwell, context, “kracht van de context”, succes, 10.000 uur, “ 10.000 uur”, “10.000 uren”, "Gosse Korte", Gosse Korte, "Gosse Korte blog", "Malcolm Gladwell boeken", Intuitie+Gladwell, Uitblinkers+Gladwell, 10000 uur+Gladwell, Daska, Organisatieadvies+Zwolle, Organisatie-advies+noorden, adviesbureau zwolle

Reacties

Populaire posts van deze blog

Lean Six Sigma: de Measure fase (meten)

GAP-model of Servqual-model: klantverwachting overtreffen

Wie heeft mijn kaas gepikt? Samenvatting Johnson & Blanchard